Verrassingen

Na een behangweekend, de ultieme test voor de bestendigheid van elk huwelijk, reis ik maandagochtend niet erg uitgerust naar Petrogradskaja. Kolja heeft een weekje vakantie, dus ik kon een kwartiertje langer blijven liggen en me zonder me te storen aan opvoedende taken aan een ontbijt met boek wijden. Desondanks heb ik sinds ik opgestaan ben het gevoel dat er iets niet klopt. Niet iets echt wezenlijks, maar er hangt iets onprettigs in de lucht.

De afgelopen dagen heb ik met Kolja en Vera gewandeld, de boodschappen gedaan, gekookt en afgewassen, het huis schoongemaakt, niets was me teveel, zolang ik maar niet hoefde te behangen. Natasha en de buurvrouw waren op het onzalige idée gekomen om de gemeenschappelijk entree op te knappen.

Uit gewoonte kijk ik op de klok van het metrostation: 8:30, een tikje vreemd, het gebeurt niet vaak dat het elektronische uurwerk in de metro achterloopt. Diverse kioskjes in het voetgangerstunneltje zijn nog niet geopend, wederom een aanwijzing dat onheil zich gaat aandienen. Even later blijkt de benedendeur van het gebouw aan de Barmaleva op slot te zitten. Het is wintertijd. Zeer ongelukkig uiteraard, maar er is nog een zij-ingang in het hofje. Deze blijkt inderdaad gewoon open, helaas blijkt de lift nog niet in werking gesteld te zijn. Een klim naar de vijfde etage via de brandtrappen is geen optie, want ik heb geen sleutel van de nooduitgang.

Er zit niets anders op dan buiten doelloos enige rondjes te lopen. Geen bijster aantrekkelijk vooruitzicht, want sinds afgelopen dinsdag is het winter. Het begon 's ochtends met een wat miezerige natte sneeuw, maar 's avonds was het min zes en lag er al een aardig pakketje sneeuw. Geestelijk was ik er nog niet klaar voor, ik had me op half november ingesteld.

Na een half uurtje bibberend etalage winkelen, keer ik weder, de toegangsdeur tot het gebouw is inmiddels geopend. De lift werkt naar behoren en na wat geklungel met het slot geraak ik op onze etage. In ons kantoor wacht de volgende verrassing: de hete luchtblazer staat niet op zijn gebruikelijke centrale plaats in de kamer. Ik kijk onder de tafels, open dozen, zoek, denk, maar vind niets. Is hier sprake van diefstal of een flauwe grap van Oleg? Ik controleer de kamer, voor zover ik het kan overzien mist er verder niets.

Het zal binnen niet meer dan een graad of vier, vijf zijn, ik houd mijn jas en handschoenen aan en ijsbeer wat door de kamer. De computer werkt niet, mijn collega's verwacht ik pas over een uur, de lol gaat er op deze manier toch wel af. Wachten in de kou, een aardige typering voor Rusland, al ben ik deze keer wel zelf de veroorzaker. Ik schakel mijn laptop in en zet Regatta de Blanc van de Police op, dat brengt tenminste nog enige verlichting.