Veertien vrije dagen - 3. Nieuwe kijk

Kolja en Vera spelen in het laatste stukje ongerepte bos halverwege de straat tussen de tuinen van Alla en Sasja. De vaste kern bestaat verder nog uit Masja (8) en haar broertje Maxim (5), Jura (5) en zijn zusje Natsja (2). De tweekindergezinnen zijn in de mode in onze straat. Verder komt Natsja (5) nog geregeld in gezelschap van haar moeder Nadja kijken. Van allerlei planken, bakstenen en ander bouwafval maken de kinderen een hut.

Terwijl de kinderen verder bouwen, stuiten wij ouders op een ingewikkelde straatnummerkundige puzzel. Sasja en Masha wonen op nummer 4 en Alla op 8, hierna gaat het verder goed, want Volodja woont zoals het hoort op 10. Aanvankelijk denken we het probleem te slechten, achter het bos zijn een paar nieuwe huizen neergezet, maar die blijken weer 8a, b enzovoorts te hebben. Nu is het overslaan van een nummer niet ongewoon in Rusland. Zo is Kolja dit jaar van de derde klas naar de vijfde overgegaan, net als al zijn andere klasgenootjes. De vierde klas bestaat niet, op deze onnavolgbare wijze voldoet de school aan de elfjarige leerplichtnorm die enkele jaren geleden is ingevoerd. Op de school van Vanja (zoon van Tanja) pakt de schoolleiding de zaken nog ruimhartiger aan, iedereen slaat de eerste klas over.

Het werkt in elk geval motiverend, welk kind droomt er niet van een klas over te slaan?

Na deze belanghebbende informatie-uitwisseling besluiten we dat alleen diepgaand archiefonderzoek bij de gemeente Viritsa uitsluitsel kan geven over de raadselachtige verdwijning van nummer 6. Er melden zich geen vrijwilligers.

Deze zomer heb ik een geheel nieuwe kijk op het datsja leven gekregen: je bent hier vooral om met je buren te keuvelen. Overal staan groepjes op straat. De favoriete onderwerpen zijn bloemen, kinderen, voetbal en de elektriciteit, tenminste in het geval dat hij weer eens afgesloten is. Aanvankelijk dacht ik dat dasjinki's zoveel mogelijk gewassen verbouwden met het oog op de winter, dat ze daarbij frisse lucht inademden en schoon water binnenkregen was een leuke bijkomstigheid. Een soort maniakaal micro landbouwen, waarbij elke appel tot sap gekookt werd en elke kromme kommer ingemaakt werd. Bij nader inzien zijn er slechts twee gezinnen in onze straat die enigszins serieus hun tuin bewerken. De rest houdt het bij veel bloemen en hier en daar wat groenten of zelfs helemaal niets. Wij hebben wat aardbeienveldjes, komkommers, courgettes, sla en kruiden voor in de zomer en wat aardappelplanten voor het najaar. Onze wintervoorraad bedraagt niet meer dan twee potten frambozen- en vier aardbeienjam. De naam jam mag het eigenlijk niet hebben want het zijn gemalen rauwe bessen met suiker. Niet al te lang houdbaar maar wel erg smakelijk. Ik betreur deze ontwikkelingen allerminst, er staan nog tien of meer potten zurig riekende augurken in de gangkast. Bovendien willen de komkommers in deze droge vakantie niet groeien. De enkeling die zich ontwikkeld belandt in de sla, vermits hij onderweg niet door Vera wordt onderschept.