Dag van de vrouw



Geheel ten onrechte associeerde ik 8 maart vroeger met een besloten feestje voor feministen. De internationale vrouwendag in Rusland is een echte feestdag waar iedereen aan meedoet. Het is bijna net zo’n groot feest als Kerstmis of oud en nieuw.

Het begint de dag ervoor eigenlijk al, vanaf 13 uur wordt er op kantoor al niet meer gewerkt. De tafel is gedekt, er wordt champagne, vodka en likeur geschonken. De traditie wil dat iedere man een kleine speech houdt waarin hij zijn vrouwelijk college prijst en geluk en gezondheid toewenst. Na de zevende lofrede zijn de mannen op. Ik vang al enkele dwingende blikken op. In Nederland probeerde ik me altijd te drukken, inmiddels heb ik er vrede mee dat ik iets moet zeggen. Koortsachtig probeer ik wat zinnetjes in mijn hoofd te prenten. Ik mag van geluk spreken dat ik tot op heden alleen maar sap gedronken heb.

Ik schraap mijn keel en spreek mijn bewondering uit over de spreekvaardigheid der Russische mannen, wij Hollanders zijn niet van zulke begenadigde voordragers. Vervolgens meld ik dat de vrouwendag ongelukkiger wijs in Nederland weinig voorstelt en dat het zo geweldig is dat de festiviteiten zowel op 7 als 8 maart plaatshebben, zodat er eigenlijk twee vrouwendagen zijn. Aan de reacties zie ik dat ik de juiste toon heb aangeslagen, na deze vaststelling ben ik echter de draad van mijn betoog hopeloos kwijtgeraakt en daarom hef ik haastig mijn glas en roep: “Ik wens u geluk, gezondheid en enzovoorts“.

Plots heb ik een glas vodka in mijn hand, de spanning ebt weg. Ik raak in gesprek met een gewezen scheepsdokter uit Kalingrad. Hij vertelt me over zijn reizen naar Afrika. Om ons heen wordt op Louis Amstrong gedanst. Enkele dames zien kans om hun beduidend jongere mannelijke collega’s onverwachts en frontaal te zoenen. Het schijnt er vandaag allemaal bij te horen.