Dima’s datsja



Een jaar of vijf geleden heeft Dima een bescheiden datsja in de buurt van Viborg gekocht. Vrijdagmiddag rond drieën belt hij me op kantoor. Ik pak mijn spullen, verlaat het pand en haast me naar de Botkinastraat (niet te verwarren met het gelijknamige ziekenhuis). We vertrekken vroeg om de files te vermijden. Als ik op de afgesproken plek arriveer staat Dima al te wachten. Met een noodgang rijden we de stad uit, doen wat inkopen in een hypermarkt aan de rand van de stad. Vervolgens scheuren over de rijksweg in de richting van Scandinavië. Tot ongeveer 20 kilometer voor Viborg blijven we op de snelweg. Het stadje bevindt zich ongeveer 130 kilometer ten noordoosten van Petersburg. Vroeger was het Fins grondgebied, maar heden ten dage is de grens zo’n 50 kilometer naar het westen. Na het asfalt hobbelen we over halfverharde modderpaden tussen eindeloze rijen naald- en berkenbomen. Hier en daar wordt het bos onderbroken door een open plek waar zich een kazerne, meestal voorzien van een gedenkteken en een kleine verzameling tanks, bevindt. Nog niet zo heel lang geleden was het gebied afgesloten en werd het uitsluitend voor militaire doeleinden gebruikt.

Na ongeveer tweeëneenhalf uur bereiken we Dima’s datsja. De vakantiewoning overtreft mijn stoutste verwachtingen. In de afgelopen jaren is het ouderwetse houten huisje geheel gerenoveerd: dubbele ramen, een nieuwe vloer, een moderne open keuken met warm en koud water uit de kraan, twee slaapkamers op de zolderverdieping, een sierhaard in de woonkamer, centrale verwarming en op zijn scandinavisch gemeubileerd. Het lijkt meer op een optrekje in een bungalowpark dan op de traditionele kampeer datsja. Slechts een inpandig toilet en badkamer ontbreken nog. Ook de tuin oogt Europees, het kenmerkende bospad en de meters hoge dennen - over wiens wortels je voortdurend struikelt - ontbreken, in plaats daarvan liggen er nette kiezelspaden en met zorg aangelegde bloemenperken, diverse gazons, een bamboeschutting en sierkeien. Aan de wegkant bevindt zich een garage en helemaal van de plot staat een nieuw badhuis.

Twee uur later arriveren Anja, Natasha, Kolja en Vera. Ze moesten in tegenstelling tot ons eerst de hele stad doorkruisen en kwamen in de traditionele vrijdagavondfile terecht. Vera heeft de hele rit geslapen. Dima noemt haar liefkozend Veroenka, hetgeen hem op een standje komt te staan, ze heet ‘devotjska Veritsjka’ (meisje Veraatje). Vervolgens noemt ze zichzelf ‘letjasjaja devotsjka’, vliegend meisje of vleermeisje; letoetsaja misj (vleermuis) betekent letterlijk vliegende muis.

De volgende dag worden we redelijk bijtijds wakker, ontbijten en hangen een beetje rond in de tuin. Kolja heeft een moeilijke opgave als huiswerk meegekregen, de volwassenen buigen zich er, zonder veel succes, over, waarna hij het probleem uiteindelijk zelf maar oplost.

Rond vijven is het onze beurt om de banja te betreden. Het gebouwtje bestaat uit drie delen, de kleed- en rustruimte, de wasruimte met enkele tonnen warm en koud water en de eigenlijke sauna met twee ligbanken en een steenhaard waar water overgegoten wordt zodat er stoom opstijgt. Na een paar minuten gaan we naar de wasruimte om een beetje af te koelen. Als we teruggaan nemen we de takkenbossen mee. Hiermee sla jezelf of een ander op het lichaam. Het is een vermoeiend werkje dat het midden houdt tussen afranselen en een massage. Het effect is wonderbaarlijk, ik voel me zeer fit en het lijkt of al het vuil uit mijn poriën is verdreven. Na afloop heb ik een ontzettende honger, maar zie tot mijn ontzetting dat de barbecue nog niet eens aangestoken is.

datsja
banja