Toerist in eigen land (7 1/2)



IJsselmeer

De zee heb ik net zolang niet gezien, soms dacht ik dat ik de zoutige zeelucht kon ruiken. In Nederland gaf ik nooit zoveel om de kust, ik was er nooit ver vandaan. Niet lang voor ik afzwaaide waren Frank en ik op een hete dag nog even naar Scheveningse strand geweest. Scooters op de boulevard met keiharde house muziek, dansende meiden op het dak van de strandtenten, het was duidelijk mijn jeugd al een tijdje achter me lag.

In een ruime souvenirwinkel in het uitgestorven Hindelopen vraag ik de eigenaresse of het druk is in de zomer. Nogal voor de hand liggend. Sinds ik hier vertoef vraag ik vaker zomaar iets, gewoon om de mensen te horen spreken. Ik probeer me als het ware vol te zuigen met de taal en zoveel mogelijk ervan met me mee te nemen terug naar Petersburg. Vreemd genoeg kunnen kranten, boeken en de televisie me maar weinig boeien, de paar keren dat ik gekeken heb, heb ik eindeloos gezapt, al die zeurpraatprogramma’s - ik kende nog de gasten nog de gastheer - zeiden me niets meer. In Rusland zou ik de krant verslinden, hier bladerde ik hem even door en las een artikeltje over voetbal. Natasha had dat vroeger ook, we kochten elke week een Russische krant voor haar op het CS, eenmaal in Rusland taalde ze er niet meer naar.

Door alle drukte zijn we er pas op de op één na laatste dag in geslaagd om een bezoekje aan het water te brengen. Het mag dan geen Zuiderzee meer heten, het lijkt er nog steeds verdacht veel op. Er waait een woeste wind en de golven slaan tegen de dijk. Friesland is niet alleen vlak, groen en vriendelijk, het waait er ook altijd. Als de zon even schijnt haasten de wolken zich alweer naar elkaar toe. Ik maak een paar prachtige opnamen (helaas allen mislukt, het batterijtje van mijn camera was leeg) van het natte geweld. Het IJsselmeer is donker, machtig en oneindig en wij zijn zwak en nietig.

Uiteraard vertel ik Kolja dat ik op mijn vijftiende samen met schoolvriend Etienne Moerman over de afsluitdijk gefietst heb. We deden er een hele middag over, omdat hij vier keer lek reed. De wind stormde uit alle richtingen, halverwege begon het te gieten, onze enige houvast was het transistorradiootje. We luisterden naar de Vara op Hilversum 3: Herman Brood, New Adventures, Ian Dury, Nick Lowe, Mink de Ville en Graham Parker and the Rumour. Tijdens Lagardes Betonuur bereikten Noord Holland. In den Oever vonden we een snackbar, na ons maaltje zochten uitgeput ons bed op in de plaatselijke jeugdherberg.