Een nieuwe route



Ik ben inmiddels gewend geraakt aan het kwartiertje extra reistijd. Om mijn overstap wat te versnellen trek ik elke ochtend een sprintje door de hal. Gebruikmakend van de helft van de mensen die in tegengestelde richting lopen, win ik een paar honderd plaatsen in de rij. Dankzij deze tactiek sta ik nooit langer dan 5 minuten bij de eskalator (1) te wachten. Agatha Christie doet me het gedrang bij de roltrap van Sadovaja vergeten.

Na deze overstap hoef ik slechts één halte te reizen. Het ruim opgezette station Sportivnaja is een verademing in vergelijking met het benauwde Gorkovskaja, dat slechts één uitgang telde. Hier zijn maar liefst vier mogelijkheden om op straatniveau te komen. Ik neem altijd de exit naar het Petrovski stadion, de vervallen Arena van Zenit. Over niet al te lange tijd verschijnt er een ultramodern stadion op het Krestovski eiland. Het enige probleem is dat de opvattingen over ‘op korte termijn’ soms sterk uiteenlopen.

Dinsdagavond was het straatbeeld totaal veranderd toen ik van kantoor terug naar de metro liep. Het was druk, scharen fans liepen langs de stands van de sjaal en petje verkopers. De wantrouwige politie hielt de zaak scherp in de gaten. De wedstrijd voor de Champions League Zenit - Bate (Wit Rusland) zou over enkele uren beginnen. Ik had plots zin om me om te draaien en me in de massa mee te laten voeren naar de verouderde voetbaltempel.

Bovengekomen doorkruis ik haastig een modderig parkje en loop een stukje over Bolshoi Prospekt, een voorname winkelstraat op het Petrogradski eiland. Er staat een fikse file, het gevoel dat de Metropolitain (2) me onrechtvaardig bejegend heeft is nu geheel verdwenen.

In een zijstraatje zit een kleine voetbal Kneipe, slechts 3 ramen en een deur breed. In de twee rechterkozijnen pronken de vrolijke sterren van de Petersburgse voetbalvereniging. De andere vensterbank is geheel en al voor Dick gereserveerd. Hoewel altijd hetzelfde portret in de vitrine staat, ontwaar ik iedere keer een andere blik. Aanvankelijk dacht ik dat Zenit’s trainer mij een goedkeurende blik toezond vanachter de dubbele beglazing. Na enige tijd begon ik te twijfelen of we wel oogcontact hadden, hij leek me in gedachten verzonken. Vanochtend heeft hij geen oog voor me, hij staart zorgelijk voor zich uit. Het begint zachtjes te regenen.

Op de hoek van de straat buig ik af naar links en steek ik bij het verkeerslicht over. Op de volgende kruising sla ik rechts af en ontwijk een paar plassen op de geasfalteerde stoep. Vervolgens wandel ik langs de kleuterschool, de taartjeswinkel en Djetski dom nummer14, het kindertehuis dat in een opgeknapt voormalig schoolgebouw is gevestigd, naar kantoor.

(1) roltrap (2) het metrobedrijf