Vakantie impressies 2



26 december Tweede kerstdag

Een groot deel van de avond breng ik door met televisiekijken. Het is heerlijk om je eigen taal te horen, maar tegelijk afschuwelijk om te zien wat voor een programma’s er worden uitgezonden. Veel jankprogramma’s, onzinnig gebabbel, platte humor en gevloek. Nog erger is het vleselijk geweld. Zo begint een echtpaar, na een kort diepte-interview (mijn echtgenoot houdt erg van seks, meer nog dan andere mannen) het voor de camera te doen. Als dit de vruchten van de vrijheid van meningsuiting zijn ben ik voor censuur. Het zal het lot van de emigrant wel zijn, als je lang en ver weggeweest bent, lijkt bij terugkomst alles veel erger dan vroeger te zijn. Gelukkig wordt er rond twaalven een Engelse detective uitgezonden.

Zaterdag 27 december

Henneke en ik gaan samen naar Sneek om kleding te kopen. Dit is pas verantwoordelijk werk: ik moet op maten, kleuren en combinatiemogelijkheden letten. Slips, sokken, truien, broeken, rokken en schoenen, het lijkt wel of ik een aantal jaren in te halen heb. Je zal maar elke dag aan zoveel verleidingen worden blootgesteld. Mijn kooplust wordt een weinig ingedamd, omdat ik van de vliegtuigmaatschappij slechts 32 kilo bagage (20 in het ruim, 12 hand) mee naar huis mag meenemen. Tot mijn grote opluchting is er een sportzaak met voetbalshirts in de stad, zodat ik mijn belofte aan Kolja kan inlossen. Ik koop voor hem het gele Brazilië shirt met Ronaldinho, het rode van Portugal met Ronaldo op de rug en het officiële Feijenoord tenue (bestaande uit het shirt, broekje en kousen). Na een hele middag winkelen heb ik al meer dan de helft van de verlanglijst afgewerkt. Ik heb goede hoop dat ik de resterende artikelen in Rotterdam zal vinden. Mijn missie is al grotendeels geslaagd, ik voel me al een stuk minder schuldig dat ik in mijn eentje naar Nederland ben gereisd.

Maandag 28 december

Vandaag reis ik naar Rotterdam. De trein zit vol met jonge mensen die de feestdagen bij hun ouders doorgebracht hebben. Ieder droomt nu voor zich uit hoe hij of zij zo snel mogelijk weer van het kerstelijk overgewicht af kan komen. Ik sleep 2 kilo’s extra met me mee ten gevolge van gourmet, kroketten, saucijzenbroodjes en een heuse Hema rookworst (op Schiphol).

Rotterdam CS is uitgekleed, behalve het perron staat er nog maar weinig op zijn plek. Via een noodtrap kom ik in het voormalige fietstunneltje terecht. De stationshal met daklozen, dealers, junks en hangende jongeren is verdwenen. Niet iets om mistroostig van te worden. Het is sowieso te koud om ergens stil te blijven staan. Het is, net als in Petersburg, enkele graden onder het vriespunt. Het stationsplein is in een grote bouwput veranderd, probeer hier als toerist maar eens een tram of een bus te vinden. Het symboliseert in elk geval wel de eeuwige tijdelijkheid van deze stad.

Ik verblijf bij Hans wiens huis zich op steenworp afstand van de Europoint gebouwen bevindt. Vanaf de Schiedamseweg kan ik de kantoren zien. Het kriebelt niet, ik keer om en loop de andere kant op richting Delfshaven. Onderweg zie ik dat Bas van der Heijden, Hans Textiel en Wibra er nog zitten. De apotheek is naar de overkant verhuisd en de spaarbank is gesloten. In mijn oude buurtje is er ogenschijnlijk in al die jaren maar weinig veranderd.

Twee jaar geleden kwamen Frank en ik overeen dat je pas in Rotterdam bent geweest als je door de Maastunnel bent gereden. Ditmaal houden we een ware reünie in de Oude Sluis, een bruin café waar we vroeger ook regelmatig kwamen. Edith en Helmut heb ik pakweg 15 jaar geleden voor het laatst gesproken. Piet en Frank heb ik tijdens mijn vorige bezoek gezien. Het is vreemd te ondervinden hoe zeer ik me op mijn gemak voel tussen mijn vroegere studiegenoten. Het zal met mijn leeftijd te maken hebben, de universiteitsjaren schijnen me een tamelijk zonnige en zorgeloze periode waarin je van alles uit probeerde.