De schrijver



Kolja is in alle vroegte naar het koor gegaan, Natasha en Vera liggen nog te slapen. Ik weet zeker dat ik enkele uren de tijd heb. De kat ligt na de consumptie van een portie vissoep vredig op de plaid dat Vera’s bed bedekt te spinnen. Na een kop koffie en twee boterhammen met gisteren gefabriceerde bosbessenjam voel ik de inspiratie opborrelen. Baby Shambles over de koptelefoon, soms voel ik me net een schrijver. Het schijnt dat de omstandigheden speciaal voor mij geschapen zijn. Op een serene juli zaterdagochtend op de veranda van de datsja te Viritsa begon de auteur aan zijn successenreeks. Dan hoor ik haar stemmetje: ‘papa maak je het ontbijt voor me klaar?’