Herfstbladeren

Vorige week zaterdag, de ochtend liep ten einde, kuierde ik een beetje afwezig door de tuin. Het was een aangename dag, bij het wakker worden was het kil geweest, maar rond het middaguur was de kou allang verdreven. In stilte somde ik de deze zomer verrichte werkzaamheden op: een nieuw dak op de douche, het afbreken van het omgevallen oude toilethuisje. Het nieuwe toilet had ik schoongeschept en de kleren die ik tijdens de bezigheid had gedragen, weggegooid, de stank was niet te verdrijven. Kolja had een flinke voorraad hout gehakt. Achter in de tuin hadden we enkele kleine bomen gekapt en de stammetjes op maat voor kachel gezaagd. Daarna stokte mijn gedachte, eigenlijk hadden we dit seizoen niet zoveel gedaan.

Met mijn handen, ineengevouwen, op mijn rug wandelde ik nog wat rond, zag de verwelkende komkommerplanten, de in het onkruid verstopte lente uien en de door de slakken belaagde vergeelde slablaadjes. De zon scheen, ik tuurde naar de vogels, er stak een briesje op, de gekleurde bladeren daalden langzaam neer. Het waren er nog zo weinig, dat je ze bij wijze van spreken kon tellen. Geleidelijk aan dwarrelden er meer en meer richting het grondoppervlak. Hier en daar was het gras al bedekt. Een naderend afscheid, binnen afzienbare tijd trekt de blauwe hemel dicht, zal het grijs en donker worden en zullen de wind en de regen domineren.

Vier uur later, terwijl we op het perron op de trein naar Petersburg wachtten, vielen de eerste druppels uit de hemel. Net voordat de eerste herfstbui op ons neerdaalde reed de elektrietska station Viritsa binnen.