De doorbraak

Hij was in het gapende gat gedoken, in de verte zaghij de palen, de lat, het net en iets daarvoor stond een minuscule keeper geposteerd. Dit was het moment waarop hij maanden had gewacht, zijn ‘finest hour’. Het gegil van het publiek verstomde, het was of iedereen de adem inhield. Hij was dwars door de vijandelijke linies heengebroken en had de twee opgekomen backs ver achter zich gelaten. Plichtmatig hadden ze zich omgedraaid en waren aan een kansloze achtervolging begonnen, uit ervaring wist hij dat ze hem nooit in konden halen. In de stilte voelde hij zich vrij, hij kende geen verplichtingen meer, alleen het bonzen van zijn hart herinnerde hem eraan dat hij een grote inspanning leverde. De keeper leek wat gegroeid te zijn en hij kon de ontreddering op zijn gezicht lezen. Maar hij voelde geen medelijden met de ballenvanger, die er zelf voor gekozen had om op die plek te staan.

Hij rende allang niet meer, hij zweefde als een roofdier op zijn prooi af. Het geschreeuw drong geleidelijk weer door in zijn afgesloten wereld. De snelle kleine buitenspeler van klas 5, het tweede team van de Evert Kuilema school zou binnen enkele seconden de gelijkmaker maken. Ineens waren ze weer kanshebber in het Berkelse lagere scholen toernooi, dat nooit eerder door een vijfde klas was gewonnen.

De keeper passeren of nu meteen hard uithalen? Hij tikte de bal voorzichtig voor zich uit. Zijn snelheid was zo groot dat hij na een paar passen de bal alweer inhaalde. Wat kan er nu nog misgaan vroeg hij zich af, toen hij door de lucht danste. Het leer stuiterde even op toen hij tussen twee sprongen landde, raakte onverwachts zijn rechtervoet en verdween met een met hoge snelheid in de richting van de uitgelopen keeper. Met een laatste krachtinspanning, waarin hij werkelijk hij alles gaf wat hij had, zette hij de achtervolging in. De kluiten sloegen tegen zijn benen, het snot liep uit zijn neus en de tranen biggelden over zijn wangen, maar zijn benen waren log, alsof ze door de klei werden opgezogen. De vaart van de bal nam af, hij kwam dichterbij, maar zag tot zijn ontzetting dat de bal langzaam maar vastberaden het strafschopgebied binnenrolde, waar hij door de opgeluchte doelwachter werd opgeraapt.

Zijn hoofd leek uiteen te barsten onder het oorverdovende hatelijke gejoel van de toeschouwers en het gescheld van zijn medespelers. Hij veegde zijn betraande gezicht af met een doorweekte mouw. Hij huilde niet, het waren de tranen van de inspanning, dat kon iedereen toch zien! Met een sukkeldrafje liep hij terug naar zijn eigen helft. Nog voordat hij de middenlijn had bereikt scoorde de Josefschool haar tweede doelpunt. Maar dat drong nauwelijks tot hem door.