IJshockey

Winterspelen 1976, het Nederlands ijshockeyteam neemt deel met een ploeg bestaande uit Canadezen met Nederlandse voorouders. Dit geeft prachtige naamcombinaties als Larry (Lorwrie) van Wieren en Jack (Djek) de Heer. Nederland zit in een poule met de onverslaanbare Sovjet Unie. De Nederlanders zijn zeer gemotiveerd en leveren sterk tegenspel. De Russen doen niet zoveel, plichtmatig tikken ze de puck rond, totdat ze een vrije man hebben gevonden, die vervolgens doeltreffend uithaalt. Juichen doen ze ook al nauwelijks. Doelman Tretjak is zoals altijd onpasseerbaar, eigenlijk zou hij in al zijn grootheid best een keertje de puck kunnen doorlaten. De frustratie bij de Nedercanadezen neemt zienderogen toe, het wordt steeds drukker op de strafbank. De Russen profiteren optimaal van de ruimte en lopen uit naar 16-0.

Coach Tichanov, met zijn 'à la Robert de Niro' achterovergekamde haar, ziet het allemaal stoïcijns aan. Hij is zich er niet van bewust dat zijn uiterlijk tien jaar later door de yuppies gekopieerd zal worden. Achter zijn bikkelharde voorkomen blijkt echter een gevoelig mens schuil te gaan. Tichanov wisselt zijn ster Tretjak. Een publiekswissel kan het niet zijn want het gehele publiek staat achter Oranje.

Onze hoop Djek de Heer heeft nog niet veel laten zien. Wel heeft hij geregeld inzet getoond en als gevolg daarvan op de strafbank mogen plaatsnemen. Na een dreun van een Russische collega heeft hij de dokter bezocht. Hij baart opzien met een tulband doordrenkt met donkerrood bloed. Dan gebeurt het wonder, Djek prikt de puck achter de reservekeeper van de Sovjet Unie. De stick vliegt door de lucht, de vreugde in het Nederlandse kamp is ongekend, de Sovjetmuur is beslecht. Het is de 'finest moment' van het Nederlandse IJshockey. Sovjet Unie - Nederland, eindstand: 18-2.