Beroepen

Als je in Nederland in een willekeurig winkelcentrum loopt zie je altijd etende mensen, patatje met, kroket, hema rookworst, pizzapuntje. Nederlanders lopen altijd te kauwen. Russen doen dat gelukkig niet, hooguit verorberen ze stilstaand een ijsje op straat. In de metro eet of drinkt niemand, veel reizigers lezen staande, het is gewoonlijk zo druk dat de klap van het plotseling tot stilstand komen van de wagon door de medepassagiers opgevangen wordt.

Wel is het sinds een paar jaar mode om op straat te drinken. Al 's ochtends vroeg lopen er volksstammen met een halve liter bier in hun knuisten. Zwervers, bedelaars, datsjainbrekers en bierdrinkers, allemaal noviteiten in straatbeeld sinds het heengaan van het Sovjet imperium. Als je hier een biertje in de winkel koopt vraagt de verkoopster of ze hem voor je moet openen. Na consumptie wordt het flesje achteloos weggeworpen. Binnen de kortste keren komt de flessenraper in actie. Er is hier een grote groep, meestal ouderen, die de straten, parken en pleinen afstruint naar lege flessen. Behalve de milieuvriendelijke flessenraper kom je in Rusland nogal wat beroepen tegen die in Nederland niet meer bestaan of nooit bestaan hebben. Een greep:

Openbaar vervoer

De controle dame bij de roltrap van de metro. Bij elke roltrap zit er boven en beneden een dame. De mevrouw boven ziet toe dat niemand over het hekje heen springt en ze bedient een poortje waar mensen die niet (meer) hoeven te betalen, zoals abonnementshouders, kleine kinderen en gepensioneerden door heen moeten. Wat de mevrouw beneden aan de roltrap doet weet ik niet, haar serieuze blik straalt in elk geval gezag uit.

Bij iedere metro-ingang staan oude vrouwtjes opgesteld die sokken, bessenjam, tv-gidsen enzovoorts verkopen, af en toe worden ze weggejaagd door de politie en vijf minuten later nemen ze hun plek weer in.

De kaartjesverkoper in de bus, trolley en de tram, die mij uit medelijden (zie ik dan zo shabby uit?) soms overslaat.

De verkopers in de regiotrein trekken met grote tassen door de wagons, het assortiment varieert van kranten, tijdschriften, bier, snoep, ijs, parapluis, chips, balpennen, potloden, schoensmeer, veters en batterijen.

Winkels

Een beetje zich respecterende winkel heeft er een paar bewakers in dienst.

De bewaker is gehuld in kogelwerende kledij en is bewapend met een mitrailleur, waardoor hij meer weg heeft van een commando. Overigens is elke week wel een Rambo film op televisie te zien.

De ausputzer achter de kassa van de supermarkt is een streng ogende dame, type sovjet stijl, waarvan je verwacht dat ze ieder moment op een fluitje kan gaan blazen, waarna de gendarmes aan komen snellen om je in te rekenen.

Alvorens je de supermarkt mag betreden dien je tas of rugzak aan tassengarderobe dame af te geven. Als bewijs krijg je van haar een houten of plastic plaatje met een nummer. Hoe het komt is mij een raadsel maar ze zijn altijd chagrijnig.

Wonen

s' Winters bezemt de straatveger met een platte houten schep iedere ochtend rond zevenen een looppad door de sneeuw. De rest van het jaar veegt (meestal) zij de straat schoon en ruimt het zwerfvuil in het plantsoen op. Waar het werkterritorium begint en ophoudt is mij nog steeds niet duidelijk.

In veel flats leggen de bewoners een bedragje bij elkaar waarvan de conciërges, enkele gepensioneerde dames die in de flat wonen, ingehuurd worden. Ze houden een oogje in het zeil, houden de gemeenschappelijke ruimte schoon, maken buiten bloemenperkjes, verzorgen de zwerfkatten, kijken televisie en slapen 's nachts in het conciërgekamertje op de begane grond.

De voorzitter van de woningcorporatie, zorgt ervoor dat reparaties en achterstallig onderhoud in het huis worden uitgevoerd. Althans dat schijnt vroeger ooit de bedoeling geweest te zijn.

De vrije ondernemers

Voor een kleine vergoeding laat het paardrijmeisje je op haar tamme paard een rondje door plantsoen, over plein of op de stoep rijden.

Als je een lege fles of een pannetje bij je hebt kan je 's ochtends vroeg op de hoek van de straat verse melk uit het blauwe tankwagentje van de melkman kopen.

De eierdame zit, zelfs als het twintig graden onder nul is, in een tentje met een enorme hoeveelheid eieren. Aan te bevelen is om wel zelf een plastic eierdoos meenemen.

De aardappelverkoper staat elk weekend met zijn vrachtauto vol aardappels in de straat.

De geldwisselaars houden zich op in de buurt van een officieel wisselkantoor. Ze bieden een iets hogere koers dan de bank en je hoeft ze geen paspoort te tonen.

De seizoensgebonden verkopers, ze zitten in de stad op de grond of op de trap met de paddestoelen, bosbessen, appels en bloemen en in de dorpjes op een klapstoeltje langs de weg met verse melk, groenten en fruit.