Drop

Als er Hollanders komen, verlekker ik me aan de gedachte dat er vast eentje bijzit die dropjes bij zich heeft. Meestal peuzel ik gelijk de eerste avond een half pond op, totdat ik een staat van gelukzalige misselijkheid heb bereikt. Russen begrijpen niets van de charme van drop, ze walgen van de hoestdranksmaak. Ergens hebben ze ook wel gelijk, drop ziet er even smakelijk uit als cola. Al met al kan ik thuis ongegeneerd drop eten zonder me schuldig te hoeven voelen.

Op een avond komen twee oude kennissen van Natasha langs. Tevergeefs proberen ze me het Petersburgse slang bij te brengen. Al snel verliezen ze hun aandacht voor mij. Een keertje probeer ik in hun levendige discussie in te breken en vraag wat het onderwerp van het gesprek is. Nogal arrogant word ik afscheept met de opmerking dat dat in het geheel niet belangrijk is. Ik voel een woedeschokje tussen mij schouderbladen en mijn nek opkomen en verzink misnoegd in gepeins. Wat mij betreft mogen ze allebei direct oppleuren.

Natasha komt op het idee om ze een dropje te laten proeven. Paarlen voor de zwijnen. Pavel de betweter van het stel vraagt zeurderig of deze rotzooi wel natuurlijke ingrediënten bevat. Even heb ik zin om hem uit te leggen dat drop fnuikend voor de potentie is. Het gesprek stokt, langdurig en zonder vreugde zuigen ze op hun dropje. Mijn boze bui is helemaal over.