Televisie kijken

Al ruim twee jaar kan ik me er niet toe zetten om mijn schotelantenne aan te sluiten. Een gunstig gevolg van mijn nalatigheid is, dat ik mezelf uit educatief oogpunt, tv-programma’s worden niet ondertiteld maar nagesynchroniseerd, geen kijkquotum hoef op te leggen.

Het kabelbedrijf biedt maar liefst twintig kanalen aan, de meeste van het type SBS/RTL, die Amerikaanse rommel (had het ijzeren gordijn toch soms ook z'n goede kanten) en de Russische versies van quizzen, praatprogramma's en reality soaps programmeren. Steeds meer mensen klagen dan ook over het bedroevende peil van het vertoonde en de onbehoorlijke hoeveelheid reclame. Inmiddels komen politici met voorstellen uiteenlopend van het opschorten van de vertoning van bierreclames en geweldfilms tot na middernacht, tot het instellen van directe censuur.

Van alle stations zijn de twee (voormalige) staatszenders ORT en RTR en het Cultuurkanaal nog het best te pruimen. Aangenomen mag worden dat het Cultuurkanaal volledig op overheidsgelden draait, zonder reclame worden films van onder meer Bergmann, Passolini, Fassbinder en de Sovjetcineasten getoond. Dagelijks presenteert de minister van Cultuur het programma 'Culturele revolutie'. Als je deze man bezig ziet begrijp je dat het wel goed zit met het cultuurbeleid in Rusland, je vraagt je alleen af waar hij de tijd vandaan haalt om ook nog een ministerie te besturen. Twee weken terug was het discussiethema of Poesjkin nog wel van deze tijd is en of hij niet uit de schoolboeken geschrapt moet worden. De Poesjkinisten en de vernieuwers vlogen elkaar beschaafd in de haren, tot dat een der aanwezigen opmerkte, dat we niet Poesjkin ter discussie moeten stellen, maar ons beter kunnen afvragen of wij nog wel in staat zijn om hem te volgen.

Enkele weken geleden zond de ORT 'Paul McCartney op het Rode plein' uit. In deze Engelse documentaire/concertregistratie wordt duidelijk dat de Beatles in Rusland nog populairder zijn dan in het westen. De mensen hadden nauwelijks een idee hoe de Beatles eruit zagen en zeker niet de illusie dat ze hen ooit in levende lijve konden aanschouwen. De Beatles waren een mythe, het symbool van de vrijheid, verheven boven de kapitalistische en communistische ideologie. Uiteraard was de muziek verboden en werden er mondjesmaat lp's het land binnengesmokkeld, illegaal getapet en op de zwarte markt verkocht. Tijdens het Bresnjev regime gaven de autoriteiten de zinloze strijd op en bracht Melodia, de platenmaatschappij van de staat, het Beatles oeuvre op de markt.

De documentaire staat bol van de symboliek. President Poetin. die wat te laat is vanwege een vergadering, wandelt opgelaten halverwege het concert het plein op en neemt plaats naast Andrej Makarevitsj, de zanger-gitarist van Machina Vrjemja (Tijdmachine). Machina Vrjemja is de eerste en belangrijkste rockband die Rusland ooit voortgebracht heeft, net als de Beatles was zij jarenlang verboden en werd zij uiteindelijk door de autoriteiten omarmd. Even later, tijdens 'Back in the USSR' verkeert het plein drie minuten in een religieuze extase, er is allang geen sprake meer van een gewoon rockconcert.