Vakantie

Nu al fietsen weer gerepareerd zijn, is onze actieradius een stuk toegenomen. Bij het oppompen van de banden werd het nog even spannend toen ik het klaarspeelde om een lekke voorband te veroorzaken. Gelukkig hebben we een goede Chinese bandenplakset tot onze beschikking. We hebben eindelijk de markt weer eens bezocht die aan de overzijde van het spoor gelegen is. Natasha heeft bloemkoolplantjes aangeschaft, hetgeen mij op dubbel werk kwam te staan, omdat ik een verkeerde plek van onkruid had ontdaan. De eerste knikkergrote tomaten hangen aan de struikjes. Inmiddels is ons duidelijk geworden dat je bij tomatenstruikjes de dieven juist niet moet verwijderen. In de eerste alinea van het hoofdstuk tomaten van mijn 'Stap voor stap' gids staat dat trouwens ook.

Door de uitzonderlijke koude en lange winter en de aanhoudende lage temperaturen en regen in het voorjaar lijkt het geen goed tuindersjaar te worden. De kersen zijn ten prooi gevallen aan de vraatzuchtige insecten. De stengels van knoppen van de rozen worden doorgeknaagd door een keversoort, waardoor de knoppen er af vallen. De komkommerplanten leiden een slapend bestaan, de bessenstruiken worden door de bladluizen kaalgevreten, de appel- en pruimenbomen slaan een jaartje over. Gelukkig is er ook positief nieuws, de frambozenstruiken hebben de septembertransplantie overleefd en staan in bloei, ook hebben ze diverse nieuwe scheuten gekregen. De spinazie groeit naar behoren.

Eind juni schijnt de zon eindelijk een keertje, de temperatuur is opgelopen tot maar liefst achttien graden. We zijn direct naar het riviertje gegaan om een paar uur te zonnen, als je uit de wind ligt is het best uit te houden. Terwijl Kolja in het zand speelt raken Natasha en ik in gesprek over vakanties. Toen we nog in Nederland woonden gingen we elk jaar op vakantie in Rusland, we liepen als toerist over de Nefski en rustten een paar weken uit in de datsja. Dat vakantiegevoel hebben we nu niet meer. Een of twee keer per week nemen we de trein naar de stad. Natasha om les te geven en ik met Kolja voor de wekelijks controle in het ziekenhuis en om de inkopen en de was te doen en te emailen. We halen herinneringen op over onze enige strandvakantie: Ibiza 1995. We verbleven een weekje in een appartementje, vlakbij een strandje en een boulevardje met wat eethuisjes en souvenirwinkeltjes. Nu dat lijkt ons het walhalla, toen zeiden we dit is leuk voor een keer, maar dat doen we nooit meer.

Daarna glijden we af naar onze wankele economische situatie, over een half jaar loopt mijn contractje af en als dat niet verlengd wordt hebben we een probleem. Van Natasha's inkomen kunnen we eten, maar de huur, de elektriciteit, de telefoon, kleding en alle extra's kunnen we daar onmogelijk van betalen.

'Er zitten ook goede kanten aan het leven hier', probeer ik de moed er in te houden. Toen ik ambtenaar was, kreeg ik steeds vaker hoofdpijn in de muffe vergaderzalen, ik heb zelfs een beginnende muisarm gehad en het allerbelangrijkste: ik was uitgeleerd. Wanhopig maakte ik mezelf wijs dat het best te doen was, ik had leuke collega's en deed soms interessante projecten. Maar ik voelde dat ik vroeg of laat een keer zou afknappen, niet op het systeem, maar omdat ik in mezelf teleurgesteld raakte. Is dit alles waartoe ik in staat ben tot ik met pensioen ga, heb ik me drie jaar geleden afgevraagd. Ik heb nu tenminste geen wroeging of hoofdpijn meer. 'De angst voor de onzekere toekomst is beter dan het goed gehonoreerde faillissement van je dromen', spreek ik nogal hoogdravend uit. Toch meen ik het echt.

'Doe je ogen dicht en beeld je in dat we aan een strandje aan de Middellandse zee liggen, het is dertig graden en we nemen een koele duik' stel ik voor ik. We dalen af naar het riviertje, voorzichtig woel met een voetje door het water. Steenkoud! Ik sprenkel wat water over mijn armen. 'Je moet er gelijk inspringen', zegt Natasha. Ze heeft gelijk. Ik doe een paar stappen en duik dan onder het slaken van een oerkreet in het water. Een lichamelijke sensatie, ik voel een onbeschrijfelijke energie opborrelen. 'Kom ook', schreeuw ik, 'je voelt je direct totaal anders!'. Natasha volgt mijn voorbeeld. Kolja springt een gat in de lucht van plezier, hij wil er ook in. Ik til hem, zodat zijn gipsarm niet nat wordt. Een zonnebadend paartje slaat ons verbaasd gade.

rivierstrand