Willem Alexander de Grote

Wat me in Nederland waarschijnlijk nooit gelukt zou zijn, werd me hier in de schoot geworpen: in mijn brievenbus vond ik een uitnodiging van het Consulaat om het bezoek van onze kroonprins in de Hermitage bij te wonen. Ik ben een van de honderd genodigden.

Ik had de grootste moeite om de ingang te vinden. Op de uitnodiging stond namelijk Dvortsaja, laat er nu zowel een kade als een plein met die naam bestaan. Nadat ik van het plein naar de kade was verwezen en omgekeerd, besloot ik mijn uitnodiging aan één van de vele agenten op straat te tonen. De wind rukte mijn uitnodiging uit de handen van diender, die hem met veel moeite weer wist te bemachtigen. Niet dat het veel uitgemaakt had, want niemand sloeg enige acht op mij, toen ik de ingang eindelijk gevonden had en naar binnenliep. Het lichtblauwe strookje dat ik bij mijn uitnodiging had gekregen om de controle te versoepelen en mijn paspoort bleven in de binnenzak van mijn colbert zitten.

Nadat ik mijn jas bij de garderobe had afgegeven ging ik een trap op en kwam enkele Hollanders tegen die hier ook permanent verblijven. Ik bleef zolang kletsen dat ik nog maar vijf minuten overhad om de Eshertentoonstelling te bezichtigen. Helaas verdwaalde ik en kreeg enkele veiligheidsbeambten achter mij aan, die mij naar het Hermitagetheater dirigeerden. Hier traden een jeugdig Russisch strijkerorkest en het Rotterdams Jongenskoor op. Buitengewoon mooie muziek. Naast mij hoorde ik de gesprekken van de mensen die voor de gelegenheid waren overgevlogen: 'Drie dagen is inderdaad wel wat krap om een stad als Petersburg te bezichtigen', mijn vermoeden bevestigend dat er hier maar een stuk veertig Nederlanders wonen.

Voor de verandering werd de receptie nu eens niet verpest door ellenlange, oersaaie toespraken, slechts de directeur van de Hermitage hield een beknopt betoog in het Engels en in het Russisch. De kroonprins liet de kans om iets in het openbaar te zeggen aan zich voorbijgaan, zond zijn lijfwachten naar het buffet en mengde zich onder het volk. Hij stak een hoofd boven iedereen uit: Willem Alexander de Grote.